Nieuwe corona gerelateerde uitspraak; verrekening minuren met plusuren

Verrekening van minuren (ontstaan door corona) met plusuren in strijd met artikel 7:628 BW

 

Werkgever in onderhavige kwestie – werkgever in de metaalsector – heeft in 2020 maatregelen moeten treffen door de corona pandemie. Zij had een zogenaamde urenbank ingevoerd, hetgeen inhield dat in de periode tussen 14 april en 1 september 2020 minuren werden opgebouwd doordat met verschoven dienstroosters werd gewerkt. Deze minuren moesten door de werknemers uiterlijk 14 april 2021 (binnen 12 maanden na aanvang) zijn ingehaald door het maken van plusuren/inhaaluren. Het loon van de werknemers werd volledig doorbetaald.

FNV heeft na het mislukken van de cao onderhandelingen acties in de metaalsector aangekondigd. Bij de werkgever uit onderhavige uitspraak werd in dit kader een overwerkstaking aangekondigd. Door de werknemers werd vanwege de aangekondigde acties van het FNV gedurende de inhaaluren (uren bovenop het normale dagrooster) als overwerk gestaakt. Werkgever had vervolgens aan de werknemers die staakten een waarschuwingsbrief gestuurd en medegedeeld dat de niet gewerkte inhaaluren zouden worden verrekend met het loon.

FNV heeft naar aanleiding daarvan de acties bij de hier bedoelde werkgever opgeschort. In de procedure die hier aan de orde is, komt FNV op tegen de door werkgever verzonden waarschuwingsbrieven en inhouding van het loon. De voorzieningenrechter heeft FNV in het gelijk gesteld. Zij oordeelt als volgt. Normaal gesproken is het juist dat bij staking niet gewerkte uren niet worden uitbetaald door de werkgever. Echter hier is sprake van een bijzondere situatie. Artikel 7:628 BW (geen arbeid wel loon, tenzij) schrijft voor dat een werkgever verplicht is het loon te voldoen indien de werknemer de overeengekomen arbeid geheel of gedeeltelijk niet heeft verricht, tenzij het niet verrichten in redelijkheid voor rekening van de werknemer behoort te komen. Dat werkgever genoodzaakt was in verband met de coronapandemie haar werkwijze aan te passen, waardoor werknemers verhinderd werden hun volledige arbeid te verrichten, is, aldus de voorzieningenrechter, een omstandigheid die ligt in de risicosfeer van de werkgever. De voorzieningenrechter oordeelt daarom dat verrekening van de door de staking getroffen inhaaluren naar haar voorlopig oordeel dan ook niet op zijn plaats en bovendien in strijd met artikel 7:611 BW (goed werkgeverschap).

Verrekening van minuren (ontstaan door corona) met plusuren werd hier dus in strijd geacht met artikel 7:628 en 7:611 BW.

Zie voor de gehele uitspraak: https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBMNE:2021:1826

Heeft u een arbeidsrechtelijke vraag? Neem gerust contact op via: 040 – 400 28 28 / 06 – 46 00 89 98 of kim@trustadvocaten.nl

mr. Kim van Zanten-van Breugel, advocaat arbeidsrecht.

Hulp nodig?

Maak een afspraak

Heeft u vragen of wilt u graag een afspraak maken? Neem dan telefonisch contact met ons op of stuur ons een e-mail.

T.040 400 28 28

E.info@trustadvocaten.nl

Trust Platform
Je gebruikt een verouderde webbrowser

Deze website maakt gebruik van moderne technieken die niet worden ondersteund door jouw webbrowser. Update mijn webbrowser

×