Ik kan mijn indianenpak niet vinden

Het maken van taalfouten overkomt ons allemaal zo nu en dan. Je leest een tekst van jezelf terug en denkt; hier klopt iets niet. Vaak gaat het dan om een ontbrekende/dubbele letter of een woord dat door de spellingscontrole automatisch is aangepast. Ik laat de meeste brieven dan ook vaak een dagje liggen, om deze na een dag nogmaals door te lezen. Daarna gaat de brief doorgaans foutloos de deur uit.

Dit gebeurt lang niet altijd. Ik ontvang dan ook geregeld post met de bekende ‘dt-fouten’, verkeerde vervoegingen of helemaal verkeerde woorden. De meest voorkomende zijn: “dagvaardiging” in plaats van dagvaarding en “aansprakelijkheidsstelling” in plaats van aansprakelijkstelling. Als je als niet-jurist deze juridische termen foutief gebruikt, heb ik daar niet zoveel moeite mee. Je kunt immers niet alles weten.

Indien echter hele uitdrukkingen verkeerd gebruikt worden, betrap ik mijzelf wel op een krullende mondhoek. Ik houd er stiekem zelfs een lijstje van bij. De meest voorkomende zijn: “uit de hand escaleren”, “daar kraait geen hond naar” en “dat doe je niet verdienstelijk”.

Een verschrijving steekt er echt met kop en schouders bovenuit en wil ik u niet onthouden. Enige tijd geleden ontving een collega-advocaat een brief waarin een andere advocaat reageerde op een aansprakelijkstelling. Een juridisch epistel van 5 pagina’s waar midden in de tekst ineens stond: “Ik kan mijn indianenpak niet vinden”.

Hoewel het carnavalsseizoen is geopend en het zoeken naar oude verkleedpakken daarmee actueel is, was het toch een rare gewaarwording. Wat bedoelde de advocaat hier nu mee. Dit moest natuurlijk worden uitgezocht. De vraag werd dan ook aan de advocaat in kwestie voorgelegd. Ook hij begreep het niet en begon hard te lachen. “Dat heb ik helemaal niet geschreven”, was zijn reactie. Hij bleek zelfs helemaal geen indianenpak te hebben.

Blijkbaar zat het hem ook niet lekker want na een half uur belde hij terug. Al gauw werd duidelijk wat er was misgegaan. Er was door hem een brief ingesproken, welke brief was uitgewerkt door een secretaresse. Hij had ingesproken: “Ik kan mij in die aanpak niet vinden”. De secretaresse heeft vervolgens op de automatisch piloot getypt (wellicht met haar gedachte al bij carnaval) wat zij dacht te horen. De zin “ik kan mijn indianenpak niet vinden” was het gevolg. De brief is vervolgens zonder controle door de advocaat de deur uitgegaan.

Vertrouw dus niet altijd op wat je denkt te horen is mijn advies en “twee zien meer dan een”.

 

mr. Mandy van Brunschot-van der Sanden.

Hulp nodig?

Maak een afspraak

Heeft u vragen of wilt u graag een afspraak maken? Neem dan telefonisch contact met ons op of stuur ons een e-mail.

T.040 400 28 28

E.info@trustadvocaten.nl

Trust Platform
Je gebruikt een verouderde webbrowser

Deze website maakt gebruik van moderne technieken die niet worden ondersteund door jouw webbrowser. Update mijn webbrowser

×